Bezoek de landschappen van Overijssel in de landschapstuin
Provincie Overijssel werkt aan meer biodiversiteit, ook in de stad en op eigen terreinen. Voorheen lag er voor het provinciehuis een grasveld. Nu groeien er planten uit alle landschappen van Overijssel in onze 'struintuin'. Wie deze landschapstuin bezoekt wandelt onder andere langs de heide en het graanveld en vervolgens om een klein stukje IJsseldijk. In elk type landschap komen weer andere soorten planten en dieren voor. U wandelt hier door de geschiedenis van ons cultuurlandschap zoals het er eeuwenlang uitzag.
Om elk type landschap te realiseren is de eigen grondsoort aangebracht en zijn de kenmerkende planten gezaaid, komen ze uit de provincie of van gespecialiseerde kwekers. Zo laten we zien dat u ook in de stad met inheemse planten een tuin kunt aanleggen die veel insecten aantrekt. U kunt vrij rondlopen en de tuin is rolstoel toegankelijk. Wie weet doet u inspiratie op voor uw eigen tuin!
De landschappen van Overijssel
Wanneer u de tuin bezoekt bevindt u zich in de landschapstuin van de provincie Overijssel. De paaltjes met QR-codes bij elk landschapstype komen overeen met de genummerde teksten op deze webpagina, dus ontdek wat elk type landschap zo bijzonder maakt.


1. Essen, bolle akkers
Essen, ook wel bolle akkers genoemd, zijn in de middeleeuwen ontstaan. Dit kwam doordat mensen een lange tijd heideplaggen en mest op het land brachten. U vindt deze akkers in het oude zandlandschap in Twente, Salland en Noord-Overijssel. Rondom de essen staan vaak bomen en houtwallen.
Hier groeit…
De korenbloem, kleine klaproos en gele ganzenbloem. Wist u dat klaprozen maar één dag bloeien? Later strooien de klaprozen het (maan)zaad uit wanneer de zaaddoos in de wind heen en weer wiegt.
Hier leeft…
De akkerhommel leeft in kleine kolonies met een koningin. Dankzij hun roodbruine donzige vacht kunnen ze ook nog rondvliegen als het kouder is. De werksters zijn dan ook van april tot oktober te zien in bloemrijke gebieden met een lage begroeiing, zoals de akkers.


2. Heide en heischraal grasland
Vroeger was een groot deel van de zandgronden in Overijssel bedekt met heidevelden en heischraal grasland, zoals u nu nog op de Sallandse Heuvelrug kunt zien. Het is een cultuurlandschap dat door begrazing en afplaggen in stand blijft. Restanten van die grote gebieden vindt u in Twente, Salland en Noord-Overijssel.
Hier groeien…
Planten zoals struikheide, borstelgras en schapenzuring. Dit zijn planten die zich thuis voelen in streken met een zeeklimaat en een zure bodem. Zo kan struikheide goed tegen droogte en begrazing door schapen. De paarse bloemen van de struikheide produceren veel honing, wat goed is voor de bestuiving. Pas als een insect de bloem verlaat wordt stuifmeel op de rug uitgestrooid. Zo wordt zelfbestuiving voorkomen.
Hier leeft…
De dagpauwoog. De vlinder verwintert op een beschutte plek. Ze slapen met hun vleugels dichtgeklapt, dan vallen ze niet op. Met de ogen op de binnenkant van de vleugels schrikken ze vijanden af.


3. Hooiland met pinksterbloem
In de uiterwaarden van de Vecht, het Zwarte Water en de IJsseldelta liggen nog hooilanden. Een hooiland is een grasland waar vroeger het gras werd gemaaid om hooi van te maken. Dat was voer voor het vee in de winter.
Hier groeien…
In het voorjaar pinksterbloemen. De pinksterbloem is een opvallende bloem die op vochtige graslanden groeit, zoals het hooiland in de uiterwaarden. In het voorjaar kunt u de lichtroze of paarse bloemetjes zien bloeien.
Hier leeft…
Waar pinksterbloemen bloeien, ziet u ook het oranjetipje fladderen. Dat komt omdat het oranjetipje haar eitjes afzet op pinksterbloemen. Want de rupsen vinden deze plant heerlijk om op te eten. Het oranjetipje heeft deze plant dus nodig om zich voort te kunnen planten.


4. Hooiland met kievitsbloem
In de uiterwaarden van de Vecht, het Zwarte Water en de IJsseldelta liggen nog hooilanden. In de winter staan deze hooilanden vaak onder water. Dat water brengt voedingsstoffen mee, en dat is goed voor het gras. In het voorjaar kunt u de Brommert bij Hasselt bezoeken en deze natuur bewonderen.
Hier groeit…
De kievitsbloem, een opvallende wilde tulp met lichtpaarse – en soms witte – bloemen. De bloem is nu vrij zeldzaam en groeit in Overijssel langs de Vecht en het Zwarte Water. Het blokpatroon op de bloemen lijkt wel een oneindig schaakbord. Wist u dat het maar liefst acht jaar duurt voordat uit het zaad bloeiende planten groeien?
Hier leeft...
De Aardhommel. Ze komt vaak al half februari tevoorschijn en zoekt dan een meestal verlaten muizenhol om een nest te maken. De werksters kun je de hele zomer zien. Hommels hoor je brommen, niet omdat ze een slecht humeur hebben. Maar zo trillen ze het stuifmeel los van de bloem. Zo komt het in de vacht en neemt ze het mee naar het nest.


5. Wadi
Een wadi is ondiepe laagte die regenwater opvangt, zoals een sloot of greppel. Dit water zakt langzaam weg in de bodem. Met behulp van wadi’s zorgen we dat straten niet overstromen bij hevige regen. In de wadi in de landschapstuin vangen we regenwater van het dak van het provinciehuis op. Dat zakt in de grond en loopt niet naar het riool. Zo houden we water vast in deze tuin. Er groeien planten in de wadi die van een vochtige bodem houden, zoals kattenstaart, echte koekoeksbloem en moerasrolklaver. Deze planten ziet u ook groeien langs de slootkanten in West-Overijssel.
Hier groeit…
Moerasrolklaver houdt van een vochtige bodem en groeit langs waterkanten. In de zomer staat de plant in volle bloei. De bloemblaadjes hebben een bijzondere vorm. Ze lijken op de onderdelen van een boot: de vlag, twee zwaarden en een kiel.
Hier leeft…
De kattenstaartdikpoot is een wilde bij die in juli en augustus te zien is, precies als de paarse kattenstaart bloeit. Stuifmeel en nectar verzamelt de bij in bolletjes aan de achterpoten. Dat is voedsel voor de volgende generatie bijen.


6. Rivierduin Dinkel en Vecht
Een rivierduin is een zandheuvel die eeuwen geleden is ontstaan vlak bij een rivier door opstuiving. Deze duinen liggen iets hoger dan de rest van het landschap. In het rivierenlandschap is er veel variatie aan planten. Op de klei van de dijken groeien planten zoals beemdooievaarsbek en margrieten. De zandgrond van de rivierduinen is een plek voor planten die tegen droogte kunnen, zoals grote tijm en steenanjer.
Hier groeit…
De steenanjer, ook wel Zwolse anjer genoemd. Deze plant is een typische soort van kalkarme droge zandgrond. Ze staat op zonnige plekken in de graslanden en de rivierduinen in het stroomgebied van de Vecht en de Dinkel. Bekijk de fraaie roze bloemen eens van dichtbij. Ze bloeien van juni tot in de herfst.
Hier leeft…
De grote klokjesbij, die dol is op klokjesbloemen. Die staan hier in de rivierduinen. Als het regent kun je ze in de bloem zien schuilen en ‘s nachts slaapt de bij er zelfs in. Ze verzamelt stuifmeel en legt dit samen met een eitje in het bijenhotel. De nestkamer maakt ze dicht met zand en speeksel.


7. Rivierduin IJssel
Een rivierduin is een zandheuvel die is ontstaan vlak bij een rivier, in dit geval langs de IJssel in Overijssel. Deze duinen liggen iets hoger dan de rest van het landschap. De rivierduinen aan de IJssel zijn ontstaan aan het einde van de laatste ijstijd.
Hier groeit…
Trilgras. Deze grassoort heeft lange stengels met kleine hartvormige bloemetjes. Als het waait gaan de stengels van de plant trillen, vandaar de naam trilgras.
Hier leeft...
De Gewone maskerbij, herkenbaar aan de gele vlek aan de voorzijde van de kop: het masker. Ze nestelt graag in het bijenhotel. Ze bezoekt veel soorten bloemen om stuifmeel te verzamelen. Dat vervoert ze in een keelzak. Anders dan de meeste bijen, die hebben speciale haren om stuifmeel mee te nemen.


8. IJsseldijk
Langs de IJssel, in de uiterwaarden en op de dijken in West-Overijssel vindt u bloemrijke hooilanden. De grond is vaak nat door overstromingen en is heuvelachtig.
Hier groeit…
Knoopkruid, dat al héél lang in Nederland is te vinden: sinds de laatste ijstijd! Deze bloem bestaat uit talloze buisvormige bloempjes. Het is een zogenaamde composietbloem. Knoopkruid bloeit van juni tot in de herfst.
Hier leeft…
Als het bruin zandoogje een vlinder is geworden, vliegt ze ongeveer dertig dagen. Dat is best lang voor een vlinder. Al zigzaggend zoekt het vrouwtje boven het gras naar een plek om haar kleverige eitjes af te zetten. De rupsen overwinteren in een graspol. U kunt deze vlinder van begin juni tot september zien.


9. Droge ruigte van stad en dorp
In steden en dorpen zijn er weleens stukken grond die niemand gebruikt. Als deze grond wordt omgewoeld, kunnen er vanzelf planten gaan groeien. Dit zijn de zogenaamde ‘pioniers’ die snel bloemen krijgen en veel zaad maken, dat zelfs jaren later nog kan ontkiemen. Planten als honingklaver, toortsen en Sint-Janskruid trekken veel vlinders aan.
Hier groeit…
De grote teunisbloem, die is zo’n pionier. De bloemen zijn citroengeel en beginnen pas 's avonds te bloeien. Ze trekken dan ook veel nachtvlinders aan.
Hier leeft…
De kleurrijke rups van de Grote kuifvlinder, die eet de bladeren van de Zwarte toorts en de Koningskaars. De vlinder valt niet op, maar de rups met zwarte en gele vlekken juist wel. Als pop overwintert ze in de grond, soms zelfs meerdere jaren.


10. Droog hooiland
Deze bloemrijke hooilanden vindt u op de drogere zandgronden in Salland en Twente. Van oorsprong zijn dit arme gronden waarop bijna geen mest werd gebruikt.
Hier groeit…
Het Sint-Janskruid, dat altijd rond Sint-Jansdag in juni begint te bloeien. Sint-Jansdag is op 24 juni, het is de dag waarop de geboorte van Johannes de Doper wordt herdacht.
Hier leeft…
Het Hooibeestje, een vlinder met oranje vleugels met een zwarte oogvlek. Hij zoekt nectar bij verschillende soorten planten in bloemrijk grasland. Het mannetje bewaakt een eigen gebied en jaagt dan andere mannetjes weg. Vrouwtjes probeert hij te lokken met een baltsvlucht.


11. Landgoed en houtwal
Let op: dit landschapsstuk ligt naast het provinciehuis.
Op een landgoed liggen er bossen en akkers rond het landhuis. In de provincie Overijssel vindt u vooral landgoederen in het Vechtdal, bij Deventer en in Twente. In de landschapstuin ziet u een voorbeeld van een houtwal. Een houtwal is een aarden wal met bomen en struiken. Zo’n houtwal hield vroeger het vee tegen en men kon er hout uit oogsten, om mee te bouwen of om de kachel mee te stoken. Een houtwal hoort echt bij het landschap van Twente, Salland en Noordwest-Overijssel.
Hier groeien…
In de stinsentuin van het landgoed groeien het sneeuwklokje en de boerenkrokus. Deze planten zijn als een van de eersten te zien na de winter. Deze bloemen bloeien vroeg in het voorjaar en vallen erg op in de verder nog ‘kale’ omgeving.
Hier leven...
Een heleboel soorten zandbijen. Er zijn maar liefst 78 soorten zandbijen in Nederland. Er zijn grijze zandbijen, dwergzandbijen, heidezandbijen… en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Welke soort zandbij precies rondvliegt op een landgoed? Dat is waarschijnlijk lastig te zien. Ze lijken namelijk erg op elkaar.

